woensdag 21 juni 2017

Parallax


vanaf de zijlijn
van mijn leven
kijk ik toe
moe,
zie nauwelijks hoe
ik weinig doe
hoe verdoofd
verlammend
neerbuigendheid
stoïcijns
levens-zin uitdooft

valt er water uit de kraan op mijn hand
als op die van een onbekende
is die wolk
een wolkloos woord
voorbijgaand
vaaggevormd
geurt koffie
naar de verdwenen herinnering van zichzelf
voelt mijn afzondering
als gevangenschap
van een ander
en is gevoel voor geliefden
verdrongen,
ontoereikend
tot weerzinwekkende apathie verwrongen

in hol galmend verdriet
zie ik niets
niets zoals ik het ooit zag,
niets zoals een ander iets ziet
vind zelfs geen redeloze rede
geen mogelijkheid
om in leven
nog te leven
want dat doe ik niet
als ik
ergens
aan de zijlijn
weer levend dood loop te zweven